Een paar maanden geleden verzorgde ik eenm asterclass voor een groep schoolleiders over onderwijs voor een ongekende tijd. Nadat we uitvoerig met elkaar hadden gesproken over de betekenis van klimaatverandering, digitalisering en polarisatie voor het denken en handelen van schoolleiders, stelde een van de deelnemers voor om de bijeenkomst te onderbreken door samen te luisteren naar muziek. Ze koos voor het stuk 4’33” van John Cage.
Toen werd het stil.
Ik hoorde geschuifel, geritsel, het geluid van de airconditioner, het toeteren van een auto. En ik hoorde mijn eigen adem, zacht maar nadrukkelijk.
Was de afwezigheid van muziek de voorwaarde om opmerkzaam te zijn?
Jazeker, zou Bart van Rosmalen zeggen. Maar het is niet altijd gemakkelijk of vanzelfsprekend om die leegte en stilte toe te laten. Toen hij in de jaren ‘90 als cellist bij de radio werkte, wilde hij 4’33” graag een keer uitvoeren.
Maar omdat de stilte langer dan een halve minuut zou duren, werd het door de eindregie opgevat als een crisis, alsof de radio-uitzending door infiltranten zou zijn overgenomen. Het stuk kon alleen worden uitgevoerd als er voldoende achtergrondgeluid zou klinken. Uiteindelijk voerde Van Rosmalen het stuk daarom uit van onder een paraplu in de regenachtige tuin van een landhuis (Van Rosmalen 2024a).
Ontvankelijkheid
Het is veelzeggend dat Van Rosmalen, naast cellist tot vorig jaar lector Kunst en Professionalisering bij de Hogeschool voor de Kunsten in Utrecht, het stuk van John Cage een paar keer noemt in zijn recente boek Ontvankelijkheid (Van Rosmalen 2024a). Hij is net zozeer geïnteresseerd in de musicerende mens als in de musicus die niet speelt. Over de musicerende mens schreef Van Rosmalen eigenlijk ook al in zijn in zijn proefschrift Muzische professionalisering,
bedoeld voor professionals die eigenzinnigheid en tegenkracht in hun werk willen versterken (Van Rosmalen 2016). Dat zijn mensen die geen genoegen nemen met de bestaande orde, het gegeven protocol of de opgelegde hiërarchie, maar ruimte zoeken om hun professionele handelen uit te breiden, te verbreden en verdiepen, met het oog op maatschappelijke relevantie.