Redactioneel Waardenwerk 101

Redactioneel Waardenwerk 101

Productgroep Waardenwerk 2025 101
Gratis

Omschrijving

Tijdens het werken aan dit redactioneel werd gaandeweg duidelijk dat ik eigenlijk een kort artikel aan het schrijven was in het verlengde van mijn bijdrage aan het laatste nummer over de fundamentele verwantschappen tussen mensen en andere bioten. Hoewel ik zelf vol ben van dit biotische perspectief en overtuigd ben van het belang daarvan, kan ik me voorstellen dat een nadere uitwerking van enkele gedachtelijnen daaruit niet voor al onze lezers even interessant is. Daarom heb ik na overleg gekozen voor het omkeren van de gebruikelijke volgorde van het redactioneel. In plaats van het inhoudelijke deel vooraan te zetten, beginnen we dit keer met het overzicht van de verschillende bijdragen, gevolgd door het inhoudelijke deel. Daarin pleit ik voor een verrijking van het complexiteitsdenken vanuit biotisch perspectief.

Dit nummer in vogelvlucht
De redactie is blij om onze onze abonnees opnieuw een rijk gevuld, inhoudelijk gevarieerd en maatschappelijk relevant nummer voor te kunnen leggen. In het vorige nummer hebben we het juryrapport van onze jubileumprijsvraag afgedrukt, en het winnende essay van Benjamin van Schothorst, ‘Het Zoute Gordijn’. Dit nummer begint met de essays die de tweede en de derde prijs hebben gewonnen. De tweede prijs viel ten deel aan het essay van Yannick Brito Alves, getiteld Democratie als ondermijning. Daarin geeft hij een verhelderende herinterpretatie van de relatie tussen ‘ondermijning’ en ‘democratie’. Een democratische cultuur komt volgens Brito Alves alleen op gang, wanneer de burgers in staat zijn tot zelf-kritiek. Zij moeten afzien van de claim op een absoluut gelijk, (vandaar de noodzaak tot ontmanteling van xenofobie), en zich openstellen voor betere zienswijzen van anderen. Je moet er dus tegen kunnen dat jouw standpunt wordt ‘ondermijnd’. Wanneer die houding breed en diep wordt geoefend en beoefend, kunnen strijd en gevecht volgens Brito Alves ten dienste komen te staan van democratisch overleg en vooruitgang.
De derde prijs werd gewonnen door Nienke van Ittersum en Elle van Zeeland. Zij beginnen hun essay Democratische waarden: doe het!, met een korte analyse van de groeiende ongelijkheid, nationaal en internationaal. Te grote economische verschillen tasten het weefsel van maatschappelijk vertrouwen aan. Kleinschalige initiatieven van onderop, zoals een horizontale dialoog in burgerberaden en samenwerkings-projecten op het gebied van regeneratieve landbouw, kunnen als broedplaatsen voor opbouw van nieuw vertrouwen gaan fungeren. Een pleidooi om van de mocratisch ‘praten’ op allerlei niveaus over te stappen naar democratisch handelen: samen oplossingen vinden en doen.

We vervolgen dit nummer met een prikkelend artikel, geschreven door drie leden van ‘Extinction Rebellion’, dat direct aansluit bij het pleidooi van Nienke van Ittersum en Elle van Zeeland. Onder de titel Een zorgelijk klimaat. Over sociaal werk, de klimaatcrisis, Extinction Rebellion en onvermijdelijk professioneel activisme reflecteren Ard Sprinkhuizen, Jaap Roose en Ellen de Bruin op de betekenis van de beweging waar zij actief aan bijdragen. Het gaat hen in het bijzonder om ‘…de bijdrage die een disruptieve actiebeweging als XR levert aan de belangrijkste opgave waar ‘de wereld’ (in termen van David van Reijbrouck) voor staat: het keren van de door de mens in gang gezette klimaatcrisis en alle gevolgen van dien voor ‘de aarde’, voor de biodiversiteit en voor de kwaliteit van leven van iedereen, voor ‘the paramount reality of every day life’.’ De auteurs onderzoeken hoe vanuit het perspectief van XR een beweging ten goede kan worden ingezet, wat daarbij speelt en wat op het spel staat: XR als beweging en de zorg om het klimaat, XR en gemeenschapskracht en tenslotte XR en sociaal werk. ‘Het is de hoogste tijd dat gemeenschappen, professionals in het sociaal werk en het zorg- en gezondheidsdomein, lokaal, regionaal en mondiaal de handen ineenslaan. De klimaatcrisis is de grootste gezondheids- en welzijnscrisis die de mens ooit voor z’n kiezen heeft gekregen. Dit is de laatste generatie, en ook de laatste generatie sociale professionals, die nog een beweging ten goede in gang kunnen zetten. Wie heeft het lef ? Wie pakt de handschoen op?’